Toneel – Festivalkrant https://festivals.theaterkrant.nl Mon, 25 Jun 2018 08:00:49 +0000 nl hourly 1 Een feest voor Boris https://festivals.theaterkrant.nl/recensie/een-feest-voor-boris/ Sat, 26 Mar 2016 15:29:45 +0000 http://festivals.theaterkrant.nl/?post_type=recensie&p=117 Tak-tak-tak-tak-tak-tak-tak! De driftig rondstappende hakken van dienstbode Johanna zijn een nadrukkelijk klinkende bevestiging van het feit dat zij de enige is die benen heeft in Een feest voor Boris. Ze beent op hoge witte pumps door de grote hal waar het stuk zich afspeelt, in een door Liesje Knobel en Sarah Nixon krachtig vormgegeven enscenering van Sanne lees meer »

Het bericht Een feest voor Boris verscheen eerst op Festivalkrant.

]]>
Tak-tak-tak-tak-tak-tak-tak! De driftig rondstappende hakken van dienstbode Johanna zijn een nadrukkelijk klinkende bevestiging van het feit dat zij de enige is die benen heeft in Een feest voor Boris. Ze beent op hoge witte pumps door de grote hal waar het stuk zich afspeelt, in een door Liesje Knobel en Sarah Nixon krachtig vormgegeven enscenering van Sanne Nouws. Ze komt op en oefent – vijf zes, zeven, acht – een dansroutine.

De omgeving is hard in alle toonaarden. Hard van kleur, met oranje vloerbedekking, blauwe gordijnen en een groene zijwand. De hal voelt ook koud, Johanna’s benen zijn bloot, haar bazin is kil en autoritair. Wanneer Johanna haar voorzichtig en zorgvuldig, haast angstig toedekt met een hardgroene deken moet die zachte daad meteen worden afgestraft met nietsontziend gemopper en verdachtmakingen. De vrouw die in deze omgeving de lakens uitdeelt, door schrijver Thomas Bernhard aangeduid als ‘de Goede’ en hier op onontkoombare wijze gespeeld door een meesterlijke Manon Nieuweboer, heeft een enorm gebrek. Niet alleen is ze sinds een ongeluk haar benen kwijt, ook in emotioneel opzicht is ze een half mens. Haar standaardmodus is die van directieve, onbetrouwbare schetterbek.

De makers zijn erin geslaagd deze onmogelijke vrouw, wier mond nooit stilstaat maar een onstuitbare stroom oneerlijkheden laat horen, op een fantastische manier fysiek van repliek te dienen. Actrice Nina Fokker, die Johanna speelt, buit alle fysieke aspecten van haar rol met goed gedoseerde humor en tragiek uit. Zo ontstaat er een nieuwe, boeiende dialoog tussen taligheid en lichamelijkheid. Het duwen of niet-duwen van de rolstoel van haar bazin, het openen van een raam of gordijn, haar hulp bij het passen van verschillende hoeden: je voelt mee met het onvermogen dat is af te lezen van haar fladderende handen, haar stille gezicht, de voorzichtige pogingen tot spreken – telkens weer gesmoord door de Goede.

Het hoogtepunt van deze machtsstrijd volgt wanneer Boris, de eveneens beenloze man van de Goede en degene voor wie het feest wordt georganiseerd, uit bed wil worden geholpen. ‘Johanna! Johanna!’ klinkt het vanachter de gordijnen, en vlak voor onze neuzen zien we hoe de Goede haar met een snauw en een duistere blik iedere keer aan een onzichtbare riem achteruit trekt. Wat er op het spel staat wordt tragisch zichtbaar wanneer Johanna uiteindelijk toch gaat en de Goede alleen op de vloer achterlaat. De paniek zit heel dicht onder dat sinistere masker.

Wanneer vervolgens de prachtig sterke, zwijgzame Joey Schrauwen kruipend opkomt als Boris verdiept zich het verdriet van alle personages. Stil, maar niet te missen, verorbert Boris zijn ontbijt. Ook hij moet eraan geloven, ook zijn repliek is vrijwel volledig fysiek. Het kauwen op een appel kan binnen zijn drukkende relatie met de Goede kennelijk dienen als zoete wraak. Hij legt zijn hand op haar knie en raakt dat deel van haar dat dood is en weggestopt. Is het een poging contact te maken of is het revanche? Boris zwijgt. Bestaat er een verbond tussen hem en Johanna, of zien wij dit zo omdat de Goede het zegt?

En dan moet het feest nog beginnen. De feestgangers zijn de beenlozen uit de inrichting waar Boris vandaan is gehaald. De opgewektheid waarmee zij verslag doen van de manier waarop ze behandeld worden en van hun wekelijkse gesprekken over zelfmoord gaat door merg en been. En het dansen van Johanna moet dan nog komen. En het zingen, een aanzwellend ‘Words are very unnecessary, they can only do harm…’ En dan moet Boris nog worden overgehaald om te trommelen. En dan moet de Goede haar verlies nog incasseren. De taal ontglipt haar. Mijn adem stokt met die van haar.

Foto: Saris & den Engelsman

Het bericht Een feest voor Boris verscheen eerst op Festivalkrant.

]]>
Stuk https://festivals.theaterkrant.nl/recensie/stuk/ Thu, 24 Mar 2016 15:25:19 +0000 http://festivals.theaterkrant.nl/?post_type=recensie&p=98 Een man en een zwangere vrouw, twee dertigers, ze kibbelen wat af: ‘Zijn wij ok? Wil jij met ruzie gaan slapen? Ben jij nog boos?’ Ze voeren een spel op waarbij degene die het eerste zijn stem verheft verloren heeft, want die maakt er ruzie van. Dus klinkt het op zogenaamd vriendelijke toon: ‘Ik vroeg, wat is lees meer »

Het bericht Stuk verscheen eerst op Festivalkrant.

]]>
Een man en een zwangere vrouw, twee dertigers, ze kibbelen wat af: ‘Zijn wij ok? Wil jij met ruzie gaan slapen? Ben jij nog boos?’ Ze voeren een spel op waarbij degene die het eerste zijn stem verheft verloren heeft, want die maakt er ruzie van. Dus klinkt het op zogenaamd vriendelijke toon: ‘Ik vroeg, wat is er, en jij zegt, het gaat helemaal niet goed met ons, en dan zeg je, ooh dat.’ En zo gaat het maar door in Stuk van Teun Smits en Linda Zijl, waarbij de leegte van hun dialoog steeds hilarischer wordt.

Het is een heel knappe taal die schrijver Teun Smits, die ook de mannelijke rol vertolkt, hier vangt. Zo kissebissen mensen die er samen even niet uitkomen. De één: ‘Wat niks, ik zweer het, zeg wat er is, het ligt toch niet aan mij dat hier een rare sfeer is?’ De ander: ‘Wat?’ De eerste weer: ‘Dat er ieder moment ruzie kan ontstaan.’ Het is zo’n onuitstaanbare en tegelijkertijd herkenbare dialoog, alsof Smits stiekem zijn eigen huiselijke ruzies heeft opgenomen om ze vervolgens woord voor woord uit te schrijven.

Ondanks de taaldichtheid geeft de tekst van Smits leuke ingangen voor spel aan actrice Linda Zijl. Het gaat niet om wat er precies gezegd wordt, maar wat het teweegbrengt bij de ander. Hoe irritant is het dat je nooit het antwoord lijkt te krijgen dat je wilt? Hij: ‘Kunnen we dit normaal bespreekbaar maken?’ Zij: ‘Ik wil dit niet normaal bespreekbaar maken, want ik vind het niet normaal!’ En met de wanhoop van de spelers die maar ronddraaien in hun gesprek vraag je jezelf ook af: hoe belanden we hier toch in?

De voorstelling, die verder simpel is gehouden – een kleed, een blok om op te zitten – laat alle ruimte aan de acteurs, waarbij het personage van Smits naar het einde toe aan sympathie wint. Ze spelen heel knap ingehouden én niet ingehouden emoties en gaan daarin ver. En net op het moment dat de kijker denkt, ik trek het niet meer, ik ben moe van dit gesprek en ik ben moe van hen, volgt een wending. Je zou kunnen zeggen dat Smits met deze tekst een heel positief mensbeeld laat zien. Ondanks de onmogelijkheid om waarachtig te kunnen zijn bij elkaar, kan je alleen zo’n (hoogst irritante) dialoog voeren wanneer je écht om elkaar geeft. Ik noem het vanaf nu een Smitsiaans gesprek.

De voorstelling raakt. Voordat het begon voerde ik zelf nog een Smitsiaans telefoongesprek met mijn vriend die ik nu – na het zien van deze voorstelling – terug ga bellen om te zeggen hoeveel ik eigenlijk van hem houd. Smits heeft het talent om het tekortkomen van de pratende mens liefdevol neer te zetten. Waar kunnen we deze taal nog meer inzetten? Welke regisseur heeft nog scènes nodig? Welke tv-serie verdient een realistische tekst? Hier willen we meer van zien.

Foto: Saris & den Engelsman

Het bericht Stuk verscheen eerst op Festivalkrant.

]]>
Godenzoon https://festivals.theaterkrant.nl/recensie/godenzoon/ Wed, 23 Mar 2016 16:17:46 +0000 http://festivals.theaterkrant.nl/?post_type=recensie&p=87 Godenzoon van Sara van Gennip/Annechien de Vocht op Festival Cement blijft vooral een persoonlijk drama ***

Het bericht Godenzoon verscheen eerst op Festivalkrant.

]]>
Op de eerste dag van Festival Cement in ‘s-Hertogenbosch speelde de voorstelling Godenzoon, een tekst van Sara van Gennip in regie van Annechien de Vocht. Al in 2015 presenteerden zij dit project, dat ze begonnen bij de Tekstsmederij, voor de jury van de Dioraphte Cement Prijs, waarna Festival Cement besloot deze tekst te gaan produceren. Het levert een keurige teksttheatervoorstelling op.

Vanachter een enorm stalen kookeiland ontvouwt zich de relatie tussen een president (Dimme Treurniet) en zijn vrouw (Saar Vandenberghe), beiden in pyjama. Ze gaan iets onomkeerbaars tegemoet: de uitlevering van hun enige zoontje. De eis komt van een vijandelijke macht die in ruil voor hun zoontje achtentwintig gegijzelde kinderen teruggeeft aan hun volk. En nu staan zij midden in de nacht in deze keuken een taart te bakken in afwachting van het onvermijdelijke.

De presidentsvrouw loopt over van verwijten aan haar man. Herinneringen aan de geboorteperiode van hun zoontje wisselen elkaar af. Deze scènes worden onderbroken door de radio die het volk aan het woord laat en de druk op de president opvoert: ‘Een goede president kiest voor zijn volk.’ Op een zeker moment trekt de president de stekker uit de radio, maar het programma klinkt alsnog vanachter de keukenmuren door. Met deze regievondst wordt de verstikkende situatie van het stel goed invoelbaar gemaakt. De vraag blijft wel: wie is die vijandelijke macht die om deze uitruil vraagt?

Bij de aanwezigen op Festival Cement waren de aanslagen in Brussel het gesprek van de dag. De organisatie ervaarde gevolgen en moest de voorstelling There Might Be Giants afgelasten en zakelijk leider Andrea van Wingerden vroeg aandacht voor de nabestaanden van de slachtoffers in Brussel tijdens de officiële opening van het festival. Je kwam er deze avond dan ook niet onderuit om de voorstelling en het wereldbeeld dat daarin wordt geschetst te bekijken met de recente gebeurtenissen in gedachten.

Maar daarvoor is het wereldbeeld dat Godenzoon geeft te beperkt. Ondanks dat het gaat over een president en zijn vrouw is het verhaal vooral een persoonlijke inkijk in een huwelijk van een man en een vrouw die op het punt staan hun kind te verliezen. De politieke eis die aan de president gesteld wordt blijft daardoor een beetje een abstract gegeven, net als het volk en de vijandelijke macht die deze eis stelt. De mogelijkheid om de eis te zien als een dilemma waarvoor het presidentieel echtpaar komt te staan is er niet, omdat hun keuze al vanaf het begin vaststaat.

En zo lijkt het personage van de president nog het meest op een koning die nu eenmaal een lotsbestemming heeft. Als toeschouwer blijf je hopen dat de president à la Abraham op de proef gesteld wordt; de ultieme test waarna zijn zoon wellicht in leven blijft. Maar het verhaal heeft bij Van Gennip een open einde. Daarmee onttrekt ze zich aan een politieke uitspraak en blijft Godenzoon vooral een persoonlijk drama.

Foto: Saris & den Engelsman

Het bericht Godenzoon verscheen eerst op Festivalkrant.

]]>
Dit gebeurt allemaal tegelijk https://festivals.theaterkrant.nl/recensie/gebeurt-allemaal-tegelijk/ Wed, 23 Mar 2016 15:35:54 +0000 http://festivals.theaterkrant.nl/?post_type=recensie&p=84 Eva Line de Boer toont een bonte stoet zwoegers, dromers en bangeriken in Dit gebeurt allemaal tegelijk ****

Het bericht Dit gebeurt allemaal tegelijk verscheen eerst op Festivalkrant.

]]>
In een gestileerde omgeving trekt een haast eindeloze rij platte karren en karretjes aan ons voorbij. Iedere kar een losse scène. Marmeren platen en hemelsblauwe glanzende stof als belangrijkste visuele motieven.  

Een bonte stoet zwoegers, dromers, naïevelingen en bangeriken op en naast hun karretjes wordt in alle rust aan ons getoond. En die rust zit hem niet alleen in het lage tempo waarin de scènes zich ontrollen. De stilering helpt bij het creëren van die rust; de kleding die haast uniform bestaat uit beige broeken en lichte truien, de vrijwel lege vloer met alleen een achterwand van grijswitte marmerplaten, het rollen van links naar rechts over de breedte van de vloer. Hiermee worden de personages puur weergegeven in handeling en taal. Zo pelt Eva Line de Boer hier allerlei lagen af die het zicht op de werkelijke worsteling van haar personages kunnen belemmeren en maakt ze de weg vrij om ze werkelijk te zien in hun menselijkheid. Met verwondering en mededogen. Met een scherpe blik. Onder alle absurde humor, woedend falen, onbenullige hoop en vertwijfeld zoeken dat aan je oog voorbij trekt begin je in te zien: ach, die arme mensen toch. Wat willen ze? Wie helpt hen? Wie helpt ons?

Er is een kar bij met een marmeren kastje erop. Het is een terugkerend motief. Op dat kastje staat een vaas met water erin, en het personage dat zijn handen daarin steekt wordt overmand door een enorm verdriet. Lisa Verbelen, Yolande Bertsch, Benjamin Moen, Ali Çifteci en Belinda van der Stoep, allemaal moeten ze een keer met hun handen in die vaas, allemaal breken ze zodra ze tot hun polsen in het water hangen. Bertsch scheurt zichzelf bijna doormidden met een klaaglijke schreeuw. Maar wonderlijk genoeg gebeurt ook het tegenovergestelde: halen ze hun handen eruit, dan zijn ze even snel ook weer vrolijk. De lach is bevrijdend. En ook zo vreemd dat je alleen al daarom lachen wil. Weg met dat vreemde!

De zeemeermin met watervrees, de ijverig oefenende dansmariekes die vechten om een tongzoen, de man die voor zichzelf op de ware liefde hoopt, de organisator van de karrenoptocht met haar dankwoord, de vrouw die een wel erg directe cursus ‘omgaan met de dood’ geeft: iedereen krijgt zijn platform, iedereen krijgt de tijd. Die traagheid is wel iets waar je je aan moet kunnen overgeven. Gelukkig komt er af en toe iemand op vanaf de andere kant, blijft de kar achterwege, of loopt er hier en daar een mal figuur in een vreemd tempo overal tegenaan te botsen. Het gelijkmatige tempo benadrukt wel de veelheid aan scènes en de duur van de voorstelling. Maar er is veel te lachen, en het knappe is dat het een lach is die laat zien wat eronder schuilt: angst, afwijzing, afgrijzen.

‘Met mijn woorden wil ik een prijzenkastje aanleggen van de schoonheid van jouw lichaam’, leest de zenuwachtige maar opgetogen man voor vanaf zijn iPhone. De hele speech die hij heeft voorbereid is taalkundig inventief, versierd, zorgvuldig. Hij heeft zo gelet op de details van het verwoorden dat hij soms uit het oog verliest wat hij eigenlijk zegt. Uiteindelijk verdwijnt de telefoon na een lange speech vol mooipraterij in zijn zak en komt hij in zijn eigen woorden, in wanhoop haast, tot de kern. ‘Je ogen zijn mooi. Je huid is mooi. Je haar is mooi…’ en zo van boven naar beneden, van kruin tot aan haar tenen, is alles mooi. En intussen rollen hij en de vrouw over wie hij het heeft traag uit beeld. Rechtopstaand, ieder op een eigen karretje bekleed met marmer en lichtblauw satijn. Geduwd door twee stille figuren.

Foto: Saris & den Engelsman

Het bericht Dit gebeurt allemaal tegelijk verscheen eerst op Festivalkrant.

]]>