-
- Preview: Je bent jong en je maakt wat 26/3/2016 by Anne van de Wetering - Festival Cement is bijna ten einde. De insteek voor mijn verhaal was te onderzoeken wie de jonge maker is. Wat begon als een klein onderzoek naar de jonge maker, werd een dialoog met makers, het festival en mijn collega’s van het schrijftraject. Het werd ook persoonlijk, en dus een studie naar meer. Het werd een essay. Nog lees meer »
- Woorden dans zien worden – Een gesprek met dramaturg Peter Anthonissen 26/3/2016 by Wendy Lubberding - De redactie van de Festivalkrant houdt ‘kantoor’ in de grote hal van de Verkadefabriek tijdens Festival Cement 2016. En zoals de grote Cruijff al zei: elk nadeel heb zijn voordeel. We weten als eerste welke soep er vanavond in de kommen ligt, want de cateraar lost zijn dagelijkse vracht direct naast ons. We zijn voortdurend lees meer »
- Literaire Mime 26/3/2016 by Maaike Schuurmans - Toneelgroep Maastricht geeft ruimte aan nieuwe Nederlandse teksten door schrijvers als Ilja Leonard Pfeijffer en Jibbe Willems aan zich te gaan verbinden per 2017. De succesvolle dansvoorstelling Macbeth van de Toneelmakerij is alweer het tweede deel van een Shakespeareserie na de eerdere dansvoorstelling Storm. Uit deze berichten klinkt een nieuwe belangstelling onder theatermakers voor het lees meer »
- Uitbenen en herhalen: de taal van Thomas Bernhard 25/3/2016 by Wendy Lubberding - Vlak voordat Festival Cement begon, belde ik namens de Festivalkrant met theaterregisseur Sanne Nouws. Zij komt naar het festival met Een feest voor Boris, een stuk van de Oostenrijker Thomas Bernhard, dat nu voor het eerst, door Sanne, werd vertaald naar het Nederlands. Bernhards werk kent een specifieke thematiek, die van de mens die in lees meer »
- Essay: In The End We’ll All Go Up In The Cloud – For iTernity: een landschap aan gene zijde van de dood 25/3/2016 by Ingrid de Rond - ‘Er is een spanningsveld tussen het beeld en de dood – en zelden heb ik die spanning zo sterk gevoeld als in de installatie For iTernity van choreografe Katja Heitmann, schrijft gastblogger Ingrid de Rond. De voorstelling is nog tot en met zaterdag te zien op Festival Cement. Lees hier haar essay. Het beeld en lees meer »
- Alexia Leysen wint Dioraphte Cement Prijs 2016 24/3/2016 by Anne van de Wetering - Op Festival Cement is woensdag 23 maart de Dioraphte Cement Prijs uitgereikt aan de Vlaamse Alexia Leysen. De jaarlijkse uitreiking van de Dioraphte Cement Prijs volgde op een inspirerende dag vol pitches van makers die hun plannen presenteerden aan elkaar en een vakjury bestaande uit Merel Heering (Theater aan Zee), Joost de Kleine Beek (Theater lees meer »
- Column: Een cocon in de wereld? 24/3/2016 by Lotte Wijers - Op een festival zijn voelt alsof je in een cocon leeft. Het is haast een afgebakende wereld, die je verwachtingsvol betreedt en die langzaam uitgroeit tot een totaalervaring van kijken, zien en voelen. Festival Cement 2016 ging van start op dinsdag 22 maart. Die ochtend was daar plots het nieuws over terreuraanslagen in Brussel. Omdat lees meer »
- Essay: De (sterren)kundige 24/3/2016 by Lotte Wijers - Een recensie schrijven is een worsteling. Je hebt net een voorstelling gezien en moet dan binnen korte tijd het vluchtige van de podiumkunst zien te vangen in heldere bewoordingen. Dat probeer ik deze week op Festival Cement voor de online festivalkrant in onder andere recensies. Boven recensies plaatsen bijna alle media sterren (vooruit, soms ballen). lees meer »
- Interview Lisah Baert: ‘Ik wil altijd graag iets geven’ 23/3/2016 by Wendy Lubberding - Lisah Baert staat op Cement Festival met Eten, een voorstelling die op het affiche staat omschreven als ‘een alternatieve dinnershow’. Wacht even. Dinnershow? Dat is toch zo’n bedrijfsuitje met veel jazz hands en verentooien, en obers die maar doorzingen terwijl je toch wat tegenvallende eten koud ligt te worden? Wendy Lubberding wil er meer van weten. lees meer »
- Voorbeschouwing en dag 1 23/3/2016 by Anne van de Wetering - Gisteren ging Festival Cement van start in de Verkadefabriek in ‘s-Hertogenbosch. Hierbij delen we onze eerste observaties over het programma en een kleine impressie van de eerste dag. De voorbeschouwing We doken in het programma om te achterhalen wat ons de komende festivaleditie te wachten staat. Belangrijke en minder belangrijke zaken zijn geteld en na lees meer »
In een gestileerde omgeving trekt een haast eindeloze rij platte karren en karretjes aan ons voorbij. Iedere kar een losse scène. Marmeren platen en hemelsblauwe glanzende stof als belangrijkste visuele motieven.
Een bonte stoet zwoegers, dromers, naïevelingen en bangeriken op en naast hun karretjes wordt in alle rust aan ons getoond. En die rust zit hem niet alleen in het lage tempo waarin de scènes zich ontrollen. De stilering helpt bij het creëren van die rust; de kleding die haast uniform bestaat uit beige broeken en lichte truien, de vrijwel lege vloer met alleen een achterwand van grijswitte marmerplaten, het rollen van links naar rechts over de breedte van de vloer. Hiermee worden de personages puur weergegeven in handeling en taal. Zo pelt Eva Line de Boer hier allerlei lagen af die het zicht op de werkelijke worsteling van haar personages kunnen belemmeren en maakt ze de weg vrij om ze werkelijk te zien in hun menselijkheid. Met verwondering en mededogen. Met een scherpe blik. Onder alle absurde humor, woedend falen, onbenullige hoop en vertwijfeld zoeken dat aan je oog voorbij trekt begin je in te zien: ach, die arme mensen toch. Wat willen ze? Wie helpt hen? Wie helpt ons?
Er is een kar bij met een marmeren kastje erop. Het is een terugkerend motief. Op dat kastje staat een vaas met water erin, en het personage dat zijn handen daarin steekt wordt overmand door een enorm verdriet. Lisa Verbelen, Yolande Bertsch, Benjamin Moen, Ali Çifteci en Belinda van der Stoep, allemaal moeten ze een keer met hun handen in die vaas, allemaal breken ze zodra ze tot hun polsen in het water hangen. Bertsch scheurt zichzelf bijna doormidden met een klaaglijke schreeuw. Maar wonderlijk genoeg gebeurt ook het tegenovergestelde: halen ze hun handen eruit, dan zijn ze even snel ook weer vrolijk. De lach is bevrijdend. En ook zo vreemd dat je alleen al daarom lachen wil. Weg met dat vreemde!
De zeemeermin met watervrees, de ijverig oefenende dansmariekes die vechten om een tongzoen, de man die voor zichzelf op de ware liefde hoopt, de organisator van de karrenoptocht met haar dankwoord, de vrouw die een wel erg directe cursus ‘omgaan met de dood’ geeft: iedereen krijgt zijn platform, iedereen krijgt de tijd. Die traagheid is wel iets waar je je aan moet kunnen overgeven. Gelukkig komt er af en toe iemand op vanaf de andere kant, blijft de kar achterwege, of loopt er hier en daar een mal figuur in een vreemd tempo overal tegenaan te botsen. Het gelijkmatige tempo benadrukt wel de veelheid aan scènes en de duur van de voorstelling. Maar er is veel te lachen, en het knappe is dat het een lach is die laat zien wat eronder schuilt: angst, afwijzing, afgrijzen.
‘Met mijn woorden wil ik een prijzenkastje aanleggen van de schoonheid van jouw lichaam’, leest de zenuwachtige maar opgetogen man voor vanaf zijn iPhone. De hele speech die hij heeft voorbereid is taalkundig inventief, versierd, zorgvuldig. Hij heeft zo gelet op de details van het verwoorden dat hij soms uit het oog verliest wat hij eigenlijk zegt. Uiteindelijk verdwijnt de telefoon na een lange speech vol mooipraterij in zijn zak en komt hij in zijn eigen woorden, in wanhoop haast, tot de kern. ‘Je ogen zijn mooi. Je huid is mooi. Je haar is mooi…’ en zo van boven naar beneden, van kruin tot aan haar tenen, is alles mooi. En intussen rollen hij en de vrouw over wie hij het heeft traag uit beeld. Rechtopstaand, ieder op een eigen karretje bekleed met marmer en lichtblauw satijn. Geduwd door twee stille figuren.
Foto: Saris & den Engelsman
@Theaterkrant 2019
LET OP: op deze recensie rust auteursrecht. Voor geheel of gedeeltelijke overname, in welke vorm dan ook, is vooraf toestemming nodig van de uitgever.